Huismuziek: Een voorstelling van de Belgische muziekcultuur thuis in de 19e eeuw | AP School Of Arts Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Home
  • Index
  • Project
  • Huismuziek: Een voorstelling van de Belgische muziekcultuur thuis in de 19e eeuw

Huismuziek: Een voorstelling van de Belgische muziekcultuur thuis in de 19e eeuw

Tot minder dan een eeuw geleden was het huis een creatieve ruimte bij uitstek: zowel muziekuitvoeringen voor het publiek als muziekonderwijs hadden hun plaats binnen de huiselijke kring. Specifieke muziekgenres werden er beoefend, zoals reducties van orkestmuziek voor piano of vierhandig piano, liederen en hun voorloper, de romance, zowel met piano of harmonium als met gitaar- of harpbegeleiding, kameropera's of werken voor toverlantaarnvoorstellingen. Muzieklessen vonden ook thuis plaats, met name voor vrouwen en voor de aristocratie, aangezien conservatoria oorspronkelijk alleen bedoeld waren voor hen die zich geen privé-leraars konden veroorloven. Dat het privéonderwijs soms zeer degelijk was, blijkt uit de vele composities die de 'amateurs' nalieten.

Deze onzichtbare muziekscene is een essentieel onderdeel van onze muziekgeschiedenis. Sinds de publieke muziekscene echter via opnames en radio de huiskamer binnenkwam, zijn veel werken, die voorheen alleen in het privécircuit circuleerden, inmiddels uit de muziekpraktijk verdwenen, ongeacht het talent van hun makers en uitvoerders.

In dit project proberen we de huismuziekcultuur in 19e-eeuws België in kaart te brengen. We herinterpreteren het 19e-eeuwse huis als een artistieke ruimte, verkennen het – diffuse en heterogene – bronmateriaal als creatieve voedingsbodem, en onderzoeken de private muziekscène als een cultuurhistorisch gegeven.

Misschien valt er iets te leren, in een beweging naar lokale en kleinschalige productie.

Tot minder dan een eeuw geleden was het huis een creatieve ruimte bij uitstek: zowel muziekuitvoeringen voor het publiek als muziekonderwijs hadden hun plaats binnen de huiselijke kring. Specifieke muziekgenres werden er beoefend, zoals reducties van orkestmuziek voor piano of vierhandig piano, liederen en hun voorloper, de romance, zowel met piano of harmonium als met gitaar- of harpbegeleiding, kameropera's of werken voor toverlantaarnvoorstellingen. Muzieklessen vonden ook thuis plaats, met name voor vrouwen en voor de aristocratie, aangezien conservatoria oorspronkelijk alleen bedoeld waren voor hen die zich geen privé-leraars konden veroorloven. Dat het privéonderwijs soms zeer degelijk was, blijkt uit de vele composities die de 'amateurs' nalieten.

Deze onzichtbare muziekscene is een essentieel onderdeel van onze muziekgeschiedenis. Sinds de publieke muziekscene echter via opnames en radio de huiskamer binnenkwam, zijn veel werken, die voorheen alleen in het privécircuit circuleerden, inmiddels uit de muziekpraktijk verdwenen, ongeacht het talent van hun makers en uitvoerders.

In dit project proberen we de huismuziekcultuur in 19e-eeuws België in kaart te brengen. We herinterpreteren het 19e-eeuwse huis als een artistieke ruimte, verkennen het – diffuse en heterogene – bronmateriaal als creatieve voedingsbodem, en onderzoeken de private muziekscène als een cultuurhistorisch gegeven.

Misschien valt er iets te leren, in een beweging naar lokale en kleinschalige productie.

beeld: Stevens Alfred (1823-1906), Het theekopje, ca. 1874-1878 (Musée royal de Mariemont, Morlanwelz)

Update: juni 2025

ONDERZOEKER(S)